CLB Nieuws januari - februari 2024

HDL-cholesterol of High Density Lipoprotein-cholesterol, wordt dan weer de ‘goede’ cholesterol genoemd. Deze vorm vervoert de cholesterol uit de bloedvaten naar de lever toe. Via deze weg kan hij dan uit het systeem verwijderd worden. De HDL is dus liefst hoog, terwijl voor LDL meestal geldt: hoe lager, hoe beter. Om het verhaal nog wat complexer te maken, ook andere vetten spelen een rol. De voornaamste en meest voorkomende soort zijn triglyceriden. Deze vetten zijn enerzijds afkomstig vanuit de voeding en anderzijds worden ze aangemaakt door het lichaam zelf. Als men bijvoorbeeld teveel suikers, zetmeel of alcohol verorbert, zal het lichaam dit ‘teveel’ aan energie omzetten in vetten. Deze mechanismen zijn nog overblijfsels uit vroegere tijden, wanneer energie een kostbaar iets was. Ook triglyceriden kunnen zich vastzetten op de wanden van de bloedvaten. WANNEER GAAN WE METEN? Deze vraag kunnen we op twee manieren beantwoorden: op welke leeftijd en op welk moment van de dag. Om met het laatste te beginnen: de bloedname gebeurt best ’s morgens of alleszins na een periode van 12 uur vasten. Voornamelijk voor de triglyceriden- en de suikerwaarden is dit belangrijk. Omdat één meting geen meting is, zal de arts meestal na enige tijd één of meerdere nieuwe metingen uitvoeren. Zeker indien het resultaat wat twijfelachtig is, zich op de grens van het normale bevindt, moet men zeker zijn of er al dan niet een probleem is. Op welke leeftijd men een eerste bepaling doet zal sterk afhangen van erfelijke factoren. Wanneer er zich bij de vader vóór de leeftijd van 55 jaar en/of bij de moeder vóór de leeftijd van 65 jaar hart- of vaatziekten hebben voorgedaan is het nuttig en nodig al relatief vroeg op cholesterol te controleren. Bij familiale hypercholesterolemie is het natuurlijk nodig al vroeg te testen. Verder hangt veel af van de andere risicofactoren die men vertoont: hoge bloeddruk, diabetes, roken, obesitas (en zeker teveel buikvet), weinig of geen beweging… Afhankelijk van al deze factoren zal je huisarts bepalen wanneer een meting aan de orde is. Ook de herbepaling hangt van veel zaken af. Soms is het nodig op korte termijn een nieuwe bepaling te doen, soms kan men best een jaar of vijf wachten. WAT ZIJN DE GEVOLGEN VAN TE HOGE CONCENTRATIES CHOLESTEROL? Zoals we verder nog zullen uitleggen, een hoog vet- of cholesterolgehalte in je bloed voel je niet. De gevolgen op lange termijn des te meer. Het risico op allerlei hart- en vaatziekten neemt immers zeer sterk toe. Aantasting van de kransslagaders kan tot hartinfarcten (met eventueel plotse dood) leiden. Ter hoogte van de hersenen kunnen bloedingen en tromboses optreden. Wanneer de slagaders in de benen zijn aangetast krijgt men claudicatio, ook wel ‘etalagebenen’ genoemd. Omdat de bloedsomloop belemmert is, kan men niet veel meters wandelen zonder pijn in de benen te krijgen. Minder gevaarlijk maar wel een teken dat er iets mis is, zijn vetafzettingen op bepaalde plaatsen. Een vetring op de oogbol, gele vetkussentjes (xanthelasmen) op de oogleden of verdikkingen op de pezen van de hiel, de knie of de vingers kunnen duiden op veel te hoge cholesterolwaardes. 21 EXTERNE PREVENTIE

RkJQdWJsaXNoZXIy MzcyMTQ3